Druk, druk, druk, dit is dikwijls het argument dat ons weerhoudt om aan mindfulness te doen of om te mediteren. Gedurende de dag bewegen velen van ons zo snel, soms fysiek, maar bijna steeds mentaal.

We werken allemaal zo hard om ergens te komen dat we mogelijks vergeten eens “aan te komen”.

En in ’t weekend zijn er soms ook terug andere prioriteiten zoals de kinderen of gewoon de behoefte lekker eens niets te doen. Hey, niemand kan je dit kwalijk nemen. Juist integendeel, de meesten onder ons kennen dat gevoel.

Mindfulness of meditatie hoeft niet altijd te passen in een strak schema of een hap uit je “tijd-budget” te nemen.
Tijdens een cursus leerde ik mijn gedachten te trainen om aanwezig te zijn of te landen terwijl ik gewoon wandel.

Mindfulness On-the-Go

1. Waarderen dat je geluk hebt te kunnen wandelen

Niet iedereen heeft dit geluk. Weet je nog hoelang het als peuter duurde om zonder vallen te leren lopen? Dagen, weken? Of een maand? En vandaag zijn je benen en voeten de onbezongen helden die je dag in dag uit van hot naar her brenden. Bedank je benen voor al hun inspanningen. (En nee! Dat is helemaal niet zweverig!)

2. Verbinden met de grond

Breng je aandacht naar de sensaties van je voeten en benen als je hiel de grond aanraakt. Merkt op dat daarna de bal en basis van de voet, dan de tenen, en dan heffen ze op. Je kan tegen jezelf zeggen: “hiel, voet, tenen, tillen.” Dit is een manier om verbinding te maken met de actie van het lopen in het huidige moment.

3. Gebruik al je zintuigen

Loop iets langzamer en begin je bewustzijn voor al je zintuigen één voor één te openen. Het vergt concentratie die je normaal niet g